lundi 6 octobre 2008

Ontmoeting met Gilberto Pauwels (Oruro, Bolivie)


Een dag verloren in Uyuni door gebrek aan benzine, een ochtend vastgezeten in een trein naar Oruro die een wagon was kwijtgeraakt. We maakten het allemaal mee in Bolivie. Wel spijtig voor ons want wij gingen net twee dagen bij Gilberto Pauwels verblijven in Oruro. Hij had heel wat voor ons gepland: een vormingsmoment met een jongerengroep, een bezoek aan de goudmijn van de Amerikaanse goudreus Newmont, een ontmoeting met lokale verantwoordelijken, ... Wij waren wat beschaamd toen we hem moesten aankondigen dat we slechts tijd overhadden voor een interview met hem. Maar het leerde ons al veel en belofte maakt schuld: wij zullen nog eens naar Oruro terugkomen om zijn werk te zien.


Wat bracht je in 1974 tot in Bolivie?

Werken in Afrika was toen weinig aantrekkelijk geworden, omwille van de herinneringen aan de kolonisatie. Daarom waren er veel religieuzen die liever in Latijns-Amerika aan de slag wilden. Hier was een beweging van teologie van de bevrijding op gang gekomen, die in de lijn lag van wat we wilden doen. Ik studeerde echter eerst nog sociale en cultuarele antropologie en in Bolivië kon ik mijn eindwerk maken rond de veranderingsprocessen onder de Andesvolkeren.

Ik ben vanaf het begin, en tot nu toe, in Oruro gebleven, een streek met veel mijnwerkers maar ook grote indiaanse gemeenschappen: Aymara, Quechua en ook Uru-minderheidsgroepen. Evo Morales, de huidige president is van Aymara-afkomst en komt uit Orinoca, een dorpje uit de streek van Carangas, hier in het departement Oruro. Van hieruit vertrok hij naar Chapare (Cochabamba) en werd er sterk als leider van de coca-boeren.

Ik heb zes jaar in Turco, een Aymara-dorp, gewoond. Terwijl ik overdag onder de bevolking sociaal werk verrichte, nam ik nota’s van wat ze me over hun tradities en hun gewoonten vertelden. ’s Avonds verwerkte ik dit voor mijn thesis. Zo hadden zij niet het gevoel bestudeerd te worden. Nadien ben ik enige tijd in Huanuni, een mijncentrum gaan werken.


Hoe is het centrum CEPA* ontstaan?

Toen ik hier 34 jaar geleden begon te werken, was de indiaanse identiteit heel zwak. Turco wou een modern stadje worden en vele jongeren veranderden zelfs hun familienaam om hun indiaanse afkomst te verbergen. Maar stilaan kwam daar verandering in, in zoverre dat de herwaardering van de Indiaanse cultuur en de heropleving van hun etnische identiteit, dus de trots Aymara te zijn, een centraal thema werd waarrond CEPA werd opgericht. Intussen was ook de problematiek van de vervuiling door de mijnbouw heel actueel geworden. Dat werd de tweede pijler van het werk van CEPA.

In 1952 vond hier een revolutie plaats die een landhervorming doorvoerde. De toegang tot de stad werd gemakkelijker en in de confrontatie met de andere culturen ‘ontdekten’ de leden van de rurale gemeenschappen dat ze niet alleen campesinos (boeren), maar ook Aymara waren. Gezien de indianen daarmee belangstelling kregen voor de geschiedenis van hun voorouders, komen ze nu soms naar CEPA informatie en cursussen vragen over hun verleden. Dankzij mijn vroeger studiewerk, beschikken we over heel wat documentatie daaromtrent. Meteen vertellen zij zelf dan de geschiedenis zoals die hen monderling werd overgeleverd.door hun voorouders. Op die manier werken wij dus aan de heropbouw van de indiaanse identiteit.

Bij de laatste verkiezingen werden er eindelijk indianen verkozen als volksvertegenwoordigers. Bij hun aanstelling, zei de vader van een van de verkozenen: "En nu ben ik er trots op Aymara te zijn". Zoiets had ik nog nooit horen zeggen . Als Aymara zijn ze nu dus ook "iemand" in de maatschappij. In de prefectuur loopt het nu vol mensen in poncho of pollera. Voor velen is de erkenning van hun identiteit zelf belangrijker dan het oplossen van hun economische problemen. Evo Morales heeft hun onvoorwaardelijke steun omdat hij van indiaanse afkomst is, en dus hetzelfde heeft meegemaakt als de meerderheid van de indiaanse bevolking.


Evo Morales won trouwens het referendum afgelopen zondag.

Er is een proces op gang dat niet meer te stuiten is, zelfs zonder Evo Morales. Het grootste gevaar is een scheuring van het land. Er leeft heel wat schrik voor geweld onder de stadsbevolking, omdat men terugdenkt aan de agrarische revolutie van 1952. De grond van hacienda’s werd toen verdeeld onder de boeren, en toen zijn soms geweldadige dingen gebeurd. Tegelijk bracht de revolutie ook algemeen stemrecht, en dus ook een stem aan elke indiaan. Daar zit de oorsprong van wat zich vandaag afspeelt.

Maar het is niet altijd eenvoudig. Hier in Oruro koos de prefect van de MAS** ervoor om de mensen van de indiaanse dorpen de verantwoordelijkheid te geven voor de ontwikkelingsprojecten..Vele jonge mensen die net afstudeerd waren, kregen belangrijke opdrachten, maar zitten eigenlijk nog in een leerproces. Concrete resultaten bleven dan ook vaak uit en daardoor is het resultaat van de prefect bij het referendum hier zwak.


Een andere problematiek voor CEPA is ecologie.

In de periode van de oprichting van het centrum namen de mijnontginningen toe en daardoor ook een ongecontroleerde milieuvervuiling. Dit is een moeilijk thema onder de bevolking. De inkomsten uit de mijnbouw zijn enorm, op korte tijd. Het bedrijf Inti Raymi van Newmont installeerde zich hier voor goudontginning. Bij de start verwachtten ze een verkoopprijs van 300 $ per ons (31 gram). De productiekosten varieren tussen de 180 en 220 $ per ons. Maar ondertussen is de prijs van het goud gestegen tot 1000$ per ons! Op 20 jaar tijd haalde het bedrijf voor 2.000 milioen $ goud uit de grond. Dat is meer dan wat de Spanjaarden in de hele koloniale periode naar Europa sleepten. En daarvan krijgt Oruro slechts 3%! Wij proberen dit onrecht uit te leggen door de mijnbouw te vergelijken met het maken van een brood. De mensen weten hoeveel het kost om een broodje te maken en weten aan welke prijs je dit kan verkopen. Als je dan zegt dat Newmont zijn ‘brood’ voor vier of vijf keer de productiekost kan verkopen, dan beseffen de mensen dat er iets niet klopt.

Het is een feit dat het Poopo-meer langzaam uitdroogt, omdat het water uit de rivieren voor de mijnbouw wordt gebruikt. De vervuiling van water en gronden door zware metalen en cyanide zal gevolgen hebben gedurende honderden jaren. Bij het begin van de ontginning kwamen mensen hulp vragen omdat een kudde van soms 2 à 300 schapen, ineens stierven na het drinken van water besmet met cyanide.


Vele mijnwerkers die niet van ter plaatse zijn, houden soms onvoldoende rekening met de ecologische gevolgen van de mijnbouw. De mijn Inti Raymi is een prachtige speeltuin aan het bouwen in de stad. In verhouding met wat ze weghalen kost hen dat bijna niks, maar zo proberen zij in de gunst van de bevolking te komen. Bovendien betaalt de mijn rijkelijk voor propaganda aan de lokale media en die censureren dus systematisch onze informatie over de milieuvervuiling. Alleen Radio Pio XII weigert dit principieel en werkt met ons samen. De mijnbazen bedreigen ons niet rechtstreeks, maar sturen bevoorbeeld de vrouwen van de mijnwerkers op ons af, zeggende dat de mijn zal moeten gesloten worden omwille van onze aktiviteiten. Een tijdje geleden werd een pop die mij voorstelde, op de plaza verbrand door de mijnwerkers als protest tegen de milieu-acties van CEPA. Ze proberen ook verdeeldheid te zaaien onder de boerengemeenschappen, bevoordeeld door hen op een ongelijke manier te behandelen.


Wij zijn niet tegen de mijnbouw, maar het moet op een verantwoorde manier gebeuren en onder permanente controle. Om toch weerwerk te kunnen bieden kochten wij een stuk grond stroomafwaarts ten opzichte van de mijn. We kunnen dus permanent de kwaliteit van het water in het oog houden. We hebben er een ontmoetingscentrum ingericht, waar verschillende jongeren- en vrouwengroepen vorming krijgen. Er wordt gewerkt rond het beschermen van moeder aarde (Pachamama), in de lijn van de tradities van de indianen. De eeuwenoude graven (chullpas) in dat gebied, zijn voor hen een religieuze plaats die bescherming verdient. Op die manier maken we de milieuproblematiek vanuit de indiaanse cultuur bespreekbaar.


Gilberto schrijft regelmatig een column over de boliviaanse actualiteit op zijn blog
http://andeskrabbels.blogspot.com/.


*CEPA: Centro de Ecologia y Pueblos Andinos:
http://www.cedib.org/cepa/

** MAS : Movimiento al Sociolaismo

Aucun commentaire: